Op veel kaarsen van Amnesty International staat een spreuk die luidt:
Beter één kaars opgestoken in de nacht dan schelden op de duisternis.
Dat is mijn lijfspreuk, mijn geloofsbelijdenis zo u wilt, geworden.
Er is veel waar ik niet meer in geloof:
Ik heb veel ballast overboord gegooid
En uiteindelijk op het eind van mijn leven
Voel ik mij bevrijd van veel onzin
Wat overblijft is licht
Het licht dat het pseudoniem van God is misschien?
Het licht dat woont in ieder mens,
En door hen heen schijnt, als door een raam,
Bij de één méér dan bij de ander,
Bij de één puur en helder en vérdragend tot in de toekomst,
Zoals sterren die niet meer bestaan,
Maar waarvan wij nog steeds het licht zien,
Zoals Jezus, en velen voor hem en velen na hem.
Hun licht verwarmt en inspireert ons nog elke dag.
Inspireert ons tot zelf licht zijn,
Al is het maar op onze eigen vierkante meter
En helpt ons, helpt mij om niet te schelden op de duisternis
Maar die te verdrijven door een kaars aan te steken.
Die duisternis die er óók is, in de wereld, in ons allen,
Maar verdreven kan worden, als wij het verlangen en de hoop
Op een echte, een betere wereld maar niet, en nooit opgeven.
Daar wil ik in geloven, in mensen van goede wil
En daarom kom ik nog steeds hier op deze plek
Waar ondanks alle onzin ook het licht schijnt
Door de ramen van ieder van jullie, groot en klein,
Jong en oud: een soort glas-in-loodraam in allerlei kleuren
Dat mij verwarmt en troost en de weg wijst
Door het leven van alledag.
Liesbeth Maas – van der Bijl
* 6 juli 1931 † 8 april 2023