Kerstgroet 2021

Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft

Groet van de bisschoppen
van de Oud-Katholieke Kerk van Nederland
bij de viering van Kerstmis in coronatijd 2021

Zusters en broeders,

Ons leven is een adventstijd, we leven van verwachting. Verwachting van een goede toekomst die er aan komt, van iets dat we duurzaam kunnen vertrouwen, van iets dat ons hoop geeft.

Zulke goed verankerde hoop hebben we extra hard nodig in deze tijd, nu onze voorbereidingen voor Kerstmis voor het tweede jaar achtereen worden gefrustreerd door coronamaatregelen. Hoewel we gelukkig overdag voor vieringen kunnen samenkomen zal er opnieuw geen nachtmis zijn. Dit vergde weer aanpassingen in onze parochies, en we zijn enorm dankbaar voor ieders inzet om ook deze advent en kersttijd binnen de mogelijkheden te blijven vieren, en overigens voor alle meeveren in elke nieuwe fase waarin we samen terechtkomen. Het steeds weer omschakelen kost ons allemaal een hoop energie. Met velen verzuchten we dat het steeds lastiger wordt ons naar oude en nieuwe maatregelen te voegen. Het is soms lastig om te ontkomen aan een gevoel van moedeloosheid.

Natuurlijk, als mensen die midden in het leven staan, midden in de samenleving, weten we als christenen tegelijkertijd goed waarom we ons moeten blijven houden aan de maatregelen. Het is onze roeping om medemens zijn. We zijn steeds solidair geweest met werkers in de zorg die nog altijd zo onder druk staan. Dit vergt echter wel een grote flexibiliteit van ieder van ons. We zijn nog niet van het virus af, en moeten ernaar zoeken hoe we er op de langere termijn mee omgaan. Waar zijn de lichtpunten die onze hoop levend houden?

Impact

Met schrik realiseerden we ons onlangs dat de coronacrisis nu al twintig maanden duurt. Zelfs voor mensen die al een hoge leeftijd bereikt hebben is dat een aanzienlijk deel van het leven. Voor mensen die nog aan het begin staan is de impact op hun ontwikkeling vaak enorm: al bijna twee jaar gemankeerd naar school, geblokkeerd in je studie, gefrustreerd in je eigen ontwikkeling, in het maken van vrienden, in het ontdekken van je mogelijkheden. En tussen oud en jong in: mensen die zoveel mogelijk van huis uit werken, soms op zichzelf teruggeworpen, soms met kans op sociaal isolement, mensen die een noodzakelijke operatie zagen uitgesteld, mensen die hun banen in de horeca verliezen, theaters en concertzalen dicht, sport en evenementen afgelast.

De coronamaatregelen beïnvloeden bovendien meer en meer de sfeer in de samenleving. Onderliggende problemen worden blootgelegd, zoals de ongelijke verdeling van de welvaart en het gegroeide wantrouwen in de overheid. Mensen komen tegenover elkaar te staan, niet alleen in redelijke discussies maar zelfs in de beleving van de werkelijkheid. Als het grootste leed in de zorg geleden is, wordt het bovendien tijd ons af te vragen of onze manier
van leven niet bijdraagt aan de verspreiding van een virus als Covid-19. De vragen in deze tijd zijn ingewikkeld en talrijk. Hoe kom je hier als mens uit? Hoe kunnen we elkaar helpen hier vruchtbaar mee omgaan?

Uitdaging


Vanuit de traditie van ons geloof worden we telkens uitgedaagd onszelf af te vragen wat het centrale punt is in ons leven. Waar kunnen we werkelijk op bouwen? Wat is ons fundament, ook als het leven tegenzit? Onze verwachting voedt zich onder meer met de psalmen. Psalm 24 zingt: ‘Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft, de wereld en wie haar bewonen.’ De positieve inzet van deze psalm maakt duidelijk dat niet onze heerschappij de wereld regeert,
maar die van God. In het directe vervolg van de psalm wordt meteen ook bedwongen wat ons aan kwaad overkomt: ‘Hij heeft haar op de zeeën gegrondvest, op de stromen heeft Hij haar verankerd.’ Je kunt in deze beide uitspraken ten minste twee dingen horen.

Onzekerheid

Het eerste is dat de wereld er niet onaangevochten is, de schepping nooit zonder onzekerheid. Tegenover de vastheid van de wereld staat de bewegelijkheid van zeeën en stromen. Als je dat beeld op je eigen bestaan betrekt, herken je het waarschijnlijk wel. Er is niemand die volstrekt onaangedaan of ongeschonden door het leven gaat. Vanaf
het moment dat je ter wereld komt is er die eerste schreeuw, en ja, je longen hebben zuurstof nodig, maar in overdrachtelijke zin zal die roep om leven, wérkelijk leven, je leven lang duren. Mensen in vissersdorpen aan de kust wisten in vroeger tijd heel goed, hoe zeeën en stormen het menselijke leven konden bedreigen. Ze herkenden
zich in bijbelverhalen waarin God zijn volk droogvoets door het water naar de vrijheid leidt en waarin Jezus zijn bange leerlingen in de storm op het meer reddend tegemoet komt. De zee en storm die wij nu met de coronacrisis meemaken is niet de eerste die mensen treft en zal ook niet de laatste zijn.

Verankering

En juist daarom is ook het tweede dat je in psalm 24 kunt horen zo belangrijk. Want daar wordt gezegd dat God de wereld op die zeeën en stromen heeft vastgezet. Hij heeft haar verankerd. De aarde is van de Heer God met alles wat daarop leeft, dus inclusief ieder van ons.
Wij zijn niet ons eigen bezit, maar behoren tot het eigendom van God. En blijkbaar gaan wij Hem als deel van zijn wereld zó aan het hart, dat hij ons juist in de zeeën en stromen van het leven vastzet en verankert. Wij kunnen misschien schudden en wankelen door crisis, pijn of angst, maar God laat ons niet verloren gaan.

Vertrouwen

Wat wij kunnen doen is allereerst onszelf oefenen in vertrouwen. Je kunt er treurig van worden dat je je vertrouwde lied niet in de donkerheid van de kerstnacht samen kunt zingen. Maar daarmee zet je jezelf klem en doe je Kerstmis tekort. We vieren immers de geboorte van Jezus van Nazaret, de Christus, die ook genoemd wordt: Emmanuel, God-met-ons. Dat kind vertedert ons zoals elk kind ons vertedert. Is dat omdat we in de kwetsbaarheid van dat kind
onze eigen kwetsbaarheid herkennen? Is het omdat we in de confrontatie met dat kind onszelf realiseren hoeveel onschuld we aan de zeeën en stormen in ons leven hebben verloren? Raken we ontroerd omdat we herinnerd worden aan onze diepste roeping, namelijk om onszelf als kind van God te zien? Is het omdat we ons realiseren hoezeer God ons liefheeft, dat Hij zijn Zoon in onze wereld zendt, niet om ons te veroordelen, maar om ons te redden? Het wonder van Kerstmis is misschien dat je niet meteen een pasklaar antwoord hoeft te hebben op deze vragen, maar dat je in vertrouwen mag instemmen met de engelen die zingen: ‘Glorie aan God in de hoge, en op aarde vrede aan de mensen die Hij liefheeft’.

Ruimte

In het christelijk geloof dat wij belijden zit een wonderlijke schijnbare tegenstelling. Door te belijden dat de wereld met alles wat daarop leeft niet aan ons, maar aan God toebehoort, lijken we afstand te doen van onze verantwoordelijkheid. Maar het wonderlijke is nu net, dat dat laatste niet het geval is. Integendeel: juist doordat we belijden dat we met al het andere dat leeft deel uitmaken van Gods schepping krijgen we de ruimte om dát te doen wat we kunnen doen tot glorie van God. Als we beseffen dat deze aarde van de Heer is, kunnen we bevrijd van zelfbehoud ons geven aan het welzijn van heel de schepping, tot glorie van God. En ook dat heeft met Kerstmis te
maken: want dit kind zal zijn hele leven vrij zijn voor God, zijn hemelse Vader, om dát te doen waartoe Hij in de wereld gezonden is: vreugde verkondigen, ziekten genezen en toekomst bieden aan wie uitzicht mist.

De volgende verzen van psalm 24 bezingen wie de bewoners zijn van Gods huis, Gods ruimte, de tempel, de goede aarde. Mensen met rechtvaardige handen en onverdeelde harten staan in die ruimte, zegt de psalmist. Zoals het kind ons geboren herders en koningen, os en ezel samenbrengt in aanbidding, zo brengt Hij rechtvaardigen uit Israël
en de volkeren, goedgelovig en mindergelovig, voorbeeldig en mislukt, zeker wetend en agnost samen in een nieuwe gemeenschap van mensen, die klaarstaan om Gods koninkrijk te verwachten.
Adventsmensen die geroepen zijn toegewijd te leven aan de toekomst van de Heer.

Ontspanning

We vieren dit jaar opnieuw Kerstmis in coronatijd. Met velen van u missen we de ontspanning en de zekerheid van het vertrouwde en vanzelfsprekende. Laat het geen hindernis voor ons zijn om ons te laten inspireren door wat we ontvangen in de geboorte van Jezus Christus: het geloof dat wij ondanks alle zeeën en stormen kinderen zijn van God, geliefd en gekend. Onze vaste grond op deze aarde is dat we leven onder Gods zegen. Dat geeft ruimte vandaag en hoop voor de toekomst. Levend uit deze zegen, kunnen we voor elkaar en voor al wat leeft op aarde tot zegen worden.

Zalig Kerstfeest

Utrecht / Amsterdam, 15 december 2021

Barend Theodoor Wallet, aartsbisschop van Utrecht
Dirk Jan Schoon, bisschop van Haarlem